Energievreters: vervelende taken, drammerige collega’s en andere omstandigheden op het werk die je energie kosten. Iedereen krijgt er wel eens mee te maken. En op zich hoort dat een beetje bij het (werk)leven. Krijg je hier stressklachten van of kost het je te veel energie, dan is het tijd om hier iets aan te doen.

Hoe herken je energievreters?

Wanneer iets energie vreet, ben je eerder moe. Je voelt je futloos, kunt je moeilijk concentreren, maakt eerder fouten, voelt je opgejaagd, overprikkelt en je humeur daalt erdoor. Bij energievreters denken we al snel aan mensen. Die collega die zoveel praat of een werknemer die altijd negatief is. Maar ook taken en omstandigheden kunnen je meer energie kosten.

Welke energievreters zijn er?

Energievreters zijn er in allerlei soorten en maten. Afhankelijk van jouw persoonlijkheid vind je het ene energie vreten, en het andere niet. Voor de een is die drukke collega juist een lichtpuntje op de dag. Want het betekent ontspanning en even lachen tussen alle werkzaamheden door. Voor de ander betekent het juist afleiding van het werk en overprikkeling.

Hoe ga je om met energievreters op je werk?

Nog belangrijker om te weten is hoe je omgaat met energievreters op je werk. Als je kijkt naar werksituaties, dan kun je energievreters ruwweg indelen in twee groepen:

1. Energievreters waar je iets aan kunt doen;
2. Energievreters waar je geen grip op hebt.

Stap 1: verander je situatie

Om met energievreters om te gaan, zou altijd je eerste stap moeten zijn om te kijken of je iets aan je situatie kunt veranderen. Praat er met je collega’s over om te kijken of zij hier ook last van hebben. En of ze eventueel oplossingen weten waar jij zelf niet aan denkt.

In sommige bedrijven heerste de overtuiging dat er niet zo veel te veranderen valt. “We doen het al jaren zo.” Maar als iedereen zo blijft denken, verandert er niets. Het is de moeite waard om het te proberen, of op z’n minst een bewustzijnsverandering teweeg te brengen.

En als het niet alleen lukt, betrek je collega’s er dan bij. Samen kun je vaak meer voor elkaar krijgen dan in je up. Veranderen kan ook betekenen dat je besluit om een andere baan te zoeken.

Stap 2: accepteer

Heb je gekeken naar diverse oplossingen voor je energievreters? Maar valt er niets aan te doen? Dan is er meestal niets anders mogelijk dan de situatie te accepteren. Je verzetten tegen iets kost vaak nog meer energie dan de situatie zelf.

Het wil overigens niet zeggen dat je het okee vindt dat het zo gaat. Maar wél dat je er geen energie meer aan wilt besteden. Omdat je die energie wilt behouden voor jezelf. En om je werk goed uit te oefenen.

“Geef me de moed om te veranderen wat ik kan veranderen. Geef me de wijsheid om te accepteren wat ik niet kan veranderen. Geef me het inzicht om het verschil tussen beide te zien”

– Reinhold Niebuh (protestants theoloog)

Welke energievreters heb jij?

Het is belangrijk om voor jezelf uit te zoeken wat jou energie kost op je werk. Op dagen dat je het druk hebt weet je hierdoor dat je bijvoorbeeld sommige dingen even links moet laten liggen. Of dat je je dag niet alleen maar moet vullen met taken die je energie kosten.

Neem eens even de tijd om dit voor jezelf op te schrijven. Je haalt hier uiteindelijk heel veel voor jezelf uit. Je werk wordt hier leuker door en je bespaart er energie mee.

⇒ Om je het makkelijk te maken hebben we een lijstje met energievreters voor je gemaakt waar je kunt aanstrepen wat jou energie kost op het werk.

Download hier: CHECKLIST Energievreters

Top 10 energievreters op het werk

Een tijdje geleden vroegen wij op Linkedin om aan te geven wat jou energie vreet op het werk. Via een poll kon iedereen zijn mening laten horen. En daar werd grif op gereageerd! Kennelijk zijn er behoorlijk wat dingen die energie vreten op het werk en waar we liever vanaf zijn. We hebben hiervan een top 10 gemaakt, zoals je ziet in de afbeelding hieronder.

Reacties op energievreters

Naar aanleiding van het plaatsen van deze top 10 kwamen er ook een aantal reacties. Opvallend was dat die heel verschillend waren. De een vond dat je aan deze energievreters zelf wat kunt doen. De ander vond dat juist helemaal niet. We nemen ze hier nog eens door. En geven je meteen suggesties hoe je ze eventueel kunt aanpakken.

Zo ga je om met deze 10 energievreters op het werk

1. Haperende techniek

Helaas zal er in de toekomst alleen maar méér gewerkt worden met technische systemen en computers. Probeer dit daarom toch te zien als onderdeel van je werk. Het is iets wat je niet kunt ontkomen. Wél kun je bij je werkgever het belang aangeven van een goede IT-er die snel en adequaat kan handelen bij problemen.

Geef daarnaast foutmeldingen altijd door, zodat ook softwareontwikkelaars bij veel klachten hun programma’s kunnen aanpassen.

2. Onproductieve collega’s

Het kan zijn dat je collega het gevoel heeft niet autonoom te kunnen zijn. Dat maakt dat iemand niet gemotiveerd is en weinig proactief. Hem of haar taken geven of aansporen iets te doen kan dan juist het tegenstelde effect hebben. Beter is om je collega een probleem voor te leggen en te vragen hoe hij of zij dit zou oplossen. Door hieraan ruimte te geven, krijgt de ander meer vertrouwen en plezier.

3. Onnodige e-mails

Mails die je via abonnementen krijgt, daarvoor kun je je natuurlijk altijd afmelden. Maar wat doe je met onnodige mails van je collega’s? Zonder iemand persoonlijk aan te spreken kun je het onderwerp laten zijn op een overleg. Leg uit hoeveel tijd het verwerken van mails je kost en geef suggesties hoe het opgelost zou kunnen worden. Bijvoorbeeld door niet op alle mails te antwoorden, alleen als het nodig is.

4. Hoge werkdruk

Het allerbelangrijkste is dat hoge werkdruk besproken kan worden in je bedrijf. Werkdruk moet vaak structureel aangepakt worden. Help je bedrijf en collega’s door bijvoorbeeld eens bij te houden hoeveel uren je werkt en waar je tijd naartoe gaat. Dan wordt al snel inzichtelijk waar de knelpunten liggen.

Ook op individueel niveau kun je iets doen. Kijk waar je de druk kunt verminderen door bijvoorbeeld te delegeren. Zorg bij een (tijdelijke) hoge werkdruk sowieso goed voor jezelf. Plan niet te veel in je vrije tijd en slaap voldoende. Zorg, als dat kan (maar eigenlijk moet het), voor voldoende herstelpauzes op je werk.

5. Nare werksfeer

De cultuur in een organisatie is heel bepalend voor de sfeer op de werkvloer. Een leidinggevende heeft hier veel invloed op. Bespreek samen met je team en leidinggevende hoe je deze sfeer kunt ombuigen. Is je leidinggevende juist het probleem? Zoek iemand binnen het bedrijf die je vertrouwt en met wie je een oplossing kunt bedenken.

6. Vergaderingen

Te veel vergaderen is echt een energielek. En vaak onnodig. Ook dit is iets wat op teamniveau besproken kan worden. Maak inzichtelijk hoeveel uur je nu aan vergaderen kwijt bent. Uren waarmee je anders productie kan draaien. En dat kost geld. Geef suggesties hoe je efficiënter kunt vergaderen. En schrap vergaderingen die eigenlijk overbodig zijn.

7. Storende collega’s

Dit is eigenlijk betrekkelijk eenvoudig op te lossen. Zet een bordje op je bureau dat je niet bereikbaar bent. Of geef aan dat je alleen tussen bepaalde uren te bereiken bent. Alleen bij dringende gevallen bellen of mailen.

8. Deadlines

Een deadline zorgt ervoor dat de werkdruk omhooggaat. Een goede planning is hierbij essentieel. Maak voor jezelf inzichtelijk hoeveel tijd je aan projecten of taken kwijt bent, zodat je ook beter kunt inschatten of je een deadline haalt of niet.

Probeer ruim van tevoren aan te geven als je het niet redt. Beter dat je iets ruimer in je tijd zit dan dat je slapeloze nachten hiervan hebt. Delegeer naar collega’s of vraag om extra hulp.

9. Niet-capabele managers

Managers zijn vaak meer gericht op de processen binnen een bedrijf dan zo zeer op mensen. En daar zit soms de crux. Niet iedere manager kan namelijk goed leidinggeven. De stap om je manager hierop aan te spreken is voor veel werknemers groot. De angst om je baan te verliezen zorgt ervoor dat veel mensen hun mond houden.

Nu kun je kritiek ook op een positieve manier brengen. Bijvoorbeeld door aan te geven wat je zou willen of wat voor jou beter werkt.

Je zou ook kunnen proberen om dit met de HR-afdeling te bepreken om te kijken wat je hieraan kunt doen. Kom met voorbeelden en bespreek wat de vervolgstappen zijn. Heeft dit weinig effect? Dan zou je nog kunnen proberen om dit met een groep collega’s aan te kaarten.

10. Overwerk/onder of boven je niveau werken

Een gedeelde 10^e plaats voor overwerk en onder of boven je niveau werken.

Overwerk heeft ook vooral met de cultuur in het bedrijf te maken en hoe hiermee wordt omgegaan. Is overwerk bij jullie standaard? En werken al je collega’s over? Denk er dan eens overna of dit werk wel bij je past. Niet iedereen raakt gestrest van overwerken. Maar als je hier niet gelukkig van wordt, dan is een bedrijf met een andere bedrijfscultuur misschien een betere oplossing.

Wanneer je onder je niveau werkt, is het verstandig om hier zo snel mogelijk een oplossing voor te zoeken. Ook van een onderprikkel kun je bore-out raken. Kijk wat je graag zou willen doen en wat er mogelijk is binnen je bedrijf. Wanneer je boven je niveau werkt geldt eigenlijk hetzelfde. Bespreek de mogelijkheden binnen je bedrijf. Ook collega’s zouden taken kunnen overnemen of ruilen.

Wat geeft jou energie op je werk?

Natuurlijk kun je nog meer doen om vol energie aan de slag te blijven. Naast het veranderen van energievreters, kun je daarnaast kijken waar je juist wél energie van krijgt. Misschien kom je erachter dat al je energie gaat naar de negatieve aspecten van je werk. En minder naar de positieve.

Juist door beiden aan te pakken, kun je ook de vitaliteit op je werk verhogen. Zo voorkom je dat je ’s avonds doodmoe op de bank ploft. En houd je energie in je vrije tijd over om leuke dingen te doen.  

Wil je meer energie op je werk?

BoFit biedt een kort programma waarbij je aan de slag gaat met verhoogde werkdruk of stress op je werk. Zo leer je je energie beter te managen en voel je je niet meer opgejaagd. Met praktische handvatten krijg je jezelf weer op de rit.

Ja, ik wil meer weten over dit programma!